ELEMENTAIRE KLEURENLEER

 

Licht bestaat uit energiegolven die gegroepeerd zijn in een spectrum. Wit licht, zoals zonnelicht bestaat uit vele kleuren. De golflengten van licht zijn niet gekleurd, doch zij produceren het gevoel voor kleur.

 

 


Zichtbaar licht : de golflengten die onze ogen kunnen detecteren beslaan slechts een klein gedeelte van het electromagnetische energieveld ; we noemen dit het zichtbaar lichtspectrum. Bij het begin van het zichtbaar lichtspectrum bevinden zich de lange licht golflengten die wij als rood waarnemen en, op het einde van het lichtspectrum vindt men de korte licht golflengten die wij als blauw waarnemen. Alle andere kleuren die we in de natuur ontmoeten liggen in het spectrum tusen rood en blauw.

 

 

Indien het zichtbaar lichtspectrum in drie verdeeld wordt, zijn de predominante kleuren Rood, Groen en Blauw (RGB). Dit zijn de primaire kleuren van het zichtbare lichtspectrum.

De primaire kleuren kunnen in een cirkel geschikt worden waarbij RGB een driehoek vormen binnen het kleurenwiel. Tussenin de primaire kleuren bestaat er een tweede driehoek gevormd door de secondaire kleuren Cyaan, Magenta en Yellow of geel (CMY)

 

 

De media en methoden gebruikt om kleuren te reproduceren zijn ondermeer : schilderwerken, drukpersen, kleurfilm, kleurmonitors, kleurprinters, enz Er bestaan echter slechts twee basismanieren om kleur te reproduceren : de additieve en de subtractieve.

 

Additieve kleuren


Het additieve kleursysteem betreft licht dat rechtstreeks vanaf een lichtbron waargenomen wordt, vooraleer het door een object weerkaatst wordt. Het additieve reproductieproces mengt verschillende hoeveelheden rood, groen en blauw licht teneinde andere kleuren op te wekken. De combinatie van twee additieve primaire kleuren produceert de additieve secondaire kleuren CMY.


De combinatie van de drie primaire kleuren produceert wit.
Televisie en computer monitors wekken kleur op, gebruikmakend van de primaire lichtkleuren. Iedere pixel op een monitorscherm begint als zwart. Wanneer de rode, groene en blauwe fosfors van een pixel tesamen geactiveerd zijn, wordt deze pixel wit. Dit fenomeen noemt men additieve kleur.
Alle beeldweergavetoestellen gebruiken het additieve kleursysteem om de nodige informatie te vergaren teneinde een kleurbeeld te reproduceren, waaronder digitale cameras, flatbed scanners, trommelscanners en video cameras.

 

Subtractieve kleuren


Foto's, magazines en andere natuurobjecten zoals bv. een appel, wekken kleur op door subtractie of absorbtie van zekere golflengten, terwijl andere golflengten weerkaatst worden naar de toeschouwer.
Dit noemt men subtractieve kleur.

 

Een rode appel is een goed voorbeeld van subtractieve kleur; hij heeft geen eigen lichtenergie, hij weerkaatst alleen de golflengte van wit licht dat ons verplicht rood te zien en absorbeert de meest andere golflengten dewelke het gevoel van rood oproepen. De toeschouwer (of detector) kan het menselijk oog zijn, een film in een camera of een licht-gevoelig instrument.
Het subtractieve kleursysteem betrekt kleurstoffen en weerkaatst licht ? Subtractieve kleur begint met een voorwerp (meestal een substraat zoals papier of doek) dat licht weerkaatst en gebruikt kleurstoffen (zoals pigmenten en inkten) om gedeelten van het witte licht, dat een object verlicht, weg te werken en andere kleuren te produceren.

 



Indien een voorwerp al het witte licht weerkaatst naar de toeschouwer, dan zal het wit lijken. Indien een voorwerp al het witte licht absorbeert dan wordt er geen licht weerkaatst naar de toeschouwer en lijkt het zwart. Het is het subtractief proces dat aan alledaagse objecten rondom ons toelaat kleur te tonen. Kleurschilderijen, kleurfotografie en alle kleurdrukprocédés gebruiken het subtractieve proces om kleur te reproduceren.